Doorbraak in vermindering geluidsoverlast motorvoertuigen.

Doorbraak in vermindering geluidsoverlast motorvoertuigen.

Principe milieuzones ook toepasbaar voor geluid.

“Geluid kan dus volgens dit juridisch advies wel een criterium zijn voor het instellen van ‘stille voertuigen’ zones naar analogie van milieuzones”

Ruim een jaar geleden werd het inititatief voorstel van Zelfstandig Bloemendaal aangenomen om onder meer “Op korte termijn een onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden van het instellen van ‘stille voertuigen’ zones voor de gemeente Bloemendaal”

Het initiatiefvoorstel werd unaniem aangenomen door de raad ondanks onderstaand negatief pre-advies van het college.

“Het aanwijzen/instellen van een ‘stille voertuigenzone’ naar analogie van een milieuzone is niet mogelijk. Binnen de geldende wet- en regelgeving kan een milieuzone alleen betrekking hebben op emissieklassen van voertuigen. Geluid is geen criterium voor een milieuzone of andersoortige, zonale geslotenverklaring op grond van de verkeerswetgeving

Naar aanleiding van het initiatiefvoorstel is een raadswerkgroep Geluidsoverlast samengesteld waarin alle partijen vertegenwoordigd zijn. De gemeente Bergen waarmee op dit dossier wordt samengewerkt is vertegenwoordigd op ambtelijk niveau.

Dit heeft uiteindelijk geleid tot de opdracht aan advocaten Rudolf van Binsbergen en Ernst Plambeck van Wille Donker advocaten om een juridische opinie op te stellen met betrekking tot het instellen van ‘stille voertuigen” zones.

Van Binsbergen en Plambeck komen tot de volgende conclusie en aanbevelingen :

De WVW biedt op het oog toereikende mogelijkheden om het door de gemeenten Bloemendaal en Bergen gewenste resultaat te bereiken.

Wij adviseren de gemeenten:

  1. kwalitatief onderzoek uit te voeren naar hinderbeleving door motoren (individueel en in groepen);
  2. op basis daarvan een keuze te maken voor een verbodscriterium (wij adviseren een grens- waarde voor wat betreft cilinderinhoud of geluidsproductie);
  3. met de RDW te overleggen over uitwisseling van gegevens;
  4. onderzoek te doen naar de aanschaf van ANPRcamera’s;
  5. voorafgaand aan de inzet van de uiteindelijke maatregel te beoordelen of een DPIA vereist is en deze zo nodig uit te voeren;
  6. een handhavingsprogramma op te zetten als flankerend beleid naast elektronische handhaving op basis van kentekengegevens

Geluid kan dus volgens dit juridisch advies wel een criterium zijn voor het instellen van ‘stille voertuigen’. zones naar analogie van milieuzones. Dit is een belangrijke constatering en belangrijke stap naar minder geluidsoverlast in onze gemeenten.

We weten nu dat het juridisch mogelijk is maar het goed onderbouwd vaststellen van de criteria is minstens zo belangrijk.

De werkgroep geluidsoverlast heeft de volgende vervolgstappen gedefinieerd.

  1. Een onderzoeksvraag opstellen voor een kwalitatief onderzoek naar hinderbeleving. Deze onderzoeksvraag kan bij meerdere externe partijen worden uitgezet om te kijken of dit a) haalbaar is, b) wat de kosten van zo’n onderzoek zijn
  2. Onderzoeken wat de technische mogelijkheden, beperkingen en kosten zijn van een camera systeem en hoe deze te koppelen aan de informatie van de RDW type-goedkeuringen Het uitgangspunt is om de hinderbeleving zo goed mogelijk en nauwkeurig te definiëren en te laten toetsen voordat er een eventuele infrastructuur (camera systeem) wordt opgebouwd.

Voor deze vervolgstappen zal worden samengewerkt met het college / ambtelijke organisatie. Daarnaast zal de Raad regelmatig op de hoogte worden gehouden en indien er extra financiële middelen nodig zijn dit eerst aan de Raad wordt voorgelegd.

Lees HIER het rapport van conclan Binsbergen en Plambeck

Namens de werkgroep Geluidsoverlast Bloemendaal

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *